Dossier seksueel misbruik:
deel 1.

Seksueel misbruik: what’s in a name?

In de media hoor je regelmatig termen verschijnen als seksueel misbruik, verkrachting, aanranding, … Vaak worden deze termen ook door elkaar gebruikt. De term ‘misbruik’ is hier de overkoepelende term, waar de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) een definitie van opgesteld heeft1:

“Seksueel misbruik is elke seksuele daad die tegen iemands wil wordt uitgevoerd. Het kan door eender welke persoon uitgevoerd worden ongeacht zijn of haar relatie tot het slachtoffer, in gelijk welke omgeving. Iemand tot seksuele daden dwingen tegen zijn of haar wil, of die daad nu volledig gesteld werd of niet, alsook een poging tot het betrekken van iemand in seksuele daden zonder dat deze de aard of de conditie van de daad snapt, of zonder dat zij/hij kan weigeren deel te nemen of onwil kan uiten bijvoorbeeld door ziekte, beperking, de invloed van alcohol of drugs, of door intimidatie of druk.”

Deze definitie maakt duidelijk dat seksueel misbruik ook kan optreden binnen een relatie/huwelijk en dat het niet altijd gepaard hoeft te gaan met geweld of bedreiging. Immers: de druk kan ook emotioneel zijn of het slachtoffer kan buiten westen of zelfs onwetend zijn. Een jong kind snapt bijvoorbeeld het concept van seks en fysieke integriteit nog niet waardoor hij/zij ook geen echte toestemming kan geven voor seksuele daden die eventueel van hem/haar gevraagd zouden worden.

Wettelijk zijn er daarom een aantal beschermende bepalingen opgelegd7,8. Zo worden seksuele handelingen met iemand onder de leeftijd van 14 jaar altijd gelijkgesteld aan misbruik, wat het dus strafbaar maakt ongeacht of hier toestemming voor verkregen werd of niet. Volgens de wetgever kan je onder deze leeftijd immers nog niet voor jezelf beslissen of je al seks wilt of niet. Je zou dan misschien instemmen omdat de andere het van je verlangt en niet omdat je dat zelf écht wilt. Tussen de 14 en de 16 jaar is er een grijze zone: dan mogen er (! nog steeds mits vrij verkregen toestemming !) enkel seksuele handelingen gesteld worden indien het leeftijdsverschil niet te groot is (de ander mag max. 3 jaar ouder zijn) en er geen vertrouwens- of gezagsverhouding tussen beiden aanwezig is. Beide partners moeten dus gelijkwaardig zijn om van échte instemming te kunnen spreken.

Zoals uit het hier voorafgaande al bleek, bestaan er verschillende vormen van seksueel misbruik. Je hebt het ‘hands-on’ misbruik, zoals ongewenst betast worden, gedwongen orale seks, penetratie (al dan niet met voorwerpen), … en het ‘hands-off’ misbruik zoals gedwongen porno kijken, zelfbevrediging of ontbloting, sexting, …
We spreken specifiek van verkrachting als er sprake was van (eender welke vorm van) penetratie en/of een te jonge leeftijd (< 14jr) en in de andere gevallen spreken we meestal van aanranding (van de eerbaarheid) of ook aantasting van de seksuele integriteit (volgens de nieuwe strafwet).

Belangrijk om op te merken is dat het ene niet per se meer of minder traumatisch is dan het andere. Alle vormen van seksueel misbruik gaan immers over de schending van de eigen integriteit, wat in alle gevallen erg schadelijke effecten kan hebben. Veel slachtoffers geven aan dat ze (zelfs lang na de feiten) nog maar heel moeilijk met zichzelf en hun eigen lijf om kunnen gaan. Hun vertrouwen in zichzelf en de ander is vaak beschadigd, waardoor ook relaties en thema’s zoals grenzen en controle ingewikkeld worden. Zo’n 50% van de slachtoffers zal na een verkrachting een posttraumatische stressstoornis ontwikkelen met steeds optredende en erg ontregelende flashbacks en herbelevingen van de gebeurtenissen9. Bij aanrandingen zien we dat dit cijfer rond de 25% ligt9. Ook depressies, suïcidaliteit, lichamelijke klachten en seksuele problemen komen veel voor.

Prevalentie .

Seksueel misbruik komt helaas veel voor en wordt daarom ook wel eens een stille epidemie genoemd. Zo’n 1 op de 3 vrouwen en 1 op de 5 mannen maakt een vorm van seksueel geweld mee². Wanneer we specifiek naar kinderen kijken, dan gaat het over 1 op 510 . Vrouwen tussen de 14 jaar en 18 jaar alsook mensen met een verstandelijke handicap zijn het meest at risk². Uithuisgeplaatste kinderen maken dan weer dubbel zoveel misbruik mee door leeftijdsgenoten of professionals dan een gemiddeld kind4. Wanneer we specifiek naar verkrachting kijken dan zien we dat 1 op de 8 vrouwen en 1 op de 25 mannen ooit verkracht werd³. In België worden er zo jaarlijks 43.000 verkrachtingen gemeld5, wat nog maar het topje van de ijsberg is.

Over schadelijke stereotypes bij seksueel misbruik .

Veel opvattingen over seksueel misbruik zijn gebaseerd op stereotypes. Zo denken we vooral aan mannelijke plegers en vrouwelijke slachtoffers en aan ‘de vreemde man in de bosjes’ of psychopaat als dader. Het is echter belangrijk dat we ons hier niet blind op staren, want de feiten zeggen iets anders. Zo zijn er ook veel mannelijke slachtoffers en zelfs vrouwelijke daders. Kijken we naar de cijfers, dan zien we dat mannen 10% uitmaken van de volwassen slachtoffers en dat in ongeveer 7% van de gevallen van kindermisbruik de pleger een vrouw is4. Wanneer we kijken naar jongens boven de 16 jaar dan zien we dat hier zelfs in de meerderheid van de gevallen sprake is van een vrouwelijke pleger². Dit gaat natuurlijk over de feiten die aangegeven werden, wat bij mannelijke slachtoffers (juist door de schuld en schaamte omwille van zulke stereotypes) doorgaans veel minder gebeurt.

Ook is de pleger van seksueel misbruik meestal geen onbekende voor het slachtoffer. In 80% van de gevallen gaat het namelijk om misbruik door één van de gezins- of familieleden (bijv. ouder, grootouder, broer of zus, neef, nonkel, …), alsook overige zorgfiguren (bijv. leerkracht, trainer, oppas, …), collega’s, vrienden of buren². Dit zijn echter niet de zaken die doorgaans het nieuws halen en daarom worden ze ook schromelijk onderschat.

Indien de pleger een bekende voor je is, dan kom je als slachtoffer nadien vaak extra in de knel te zitten. Want hoe moet je hiermee omgaan als je hem/haar na de feiten nog regelmatig ziet? Wat kan je doen als je afhankelijk van de pleger bent? Hoe kan je zulke schending van je integriteit bevatten als die persoon voorheen altijd zo veilig, aardig en zorgzaam voor je was? En hoe krijg je vervolgens voor jezelf geplaatst als je die persoon na het misbruik misschien nog steeds graag hebt? Wat ook ontzettend moeilijk is in geval van een bekende: hoe krijg je überhaupt verteld wat er gebeurd is als je weet dat je omgeving ook een band met de pleger heeft en misschien zelfs een heel goede? Hoe gaan zij daar op reageren? Gaan ze je geloven of niet en wat voor impact gaat dat dan op jullie allen hebben…? Indien de pleger een bekende is, zijn er dus een heleboel factoren die het verwerkingsproces en ook het spreken extra bemoeilijken.

Over onthulling en aangifte doen bij seksueel misbruik .

Omwille van geuite dreigementen door de pleger, schaamte- en schuldgevoelens bij het slachtoffer, de gewrongen positie waarin je je bevindt als de pleger een bekende voor je is en de angst om niet geloofd of zelf beschuldigd te worden, is het voor slachtoffers vaak erg moeilijk om te vertellen dat ze misbruikt werden. Zelfs na een eenmalige verkrachting door een onbekende (‘de man in de bosjes’) wachten slachtoffers gemiddeld nog 21 weken om de gebeurtenissen aan anderen te onthullen4. Laat staan wanneer het misbruik dus door een bekende van jou en je omgeving gebeurd is… In totaal zal één vierde van de vrouwen en één derde van de mannen nooit vertellen wat hen overkomen is4. Ook niet na vele jaren…

Wanneer we het vervolgens hebben over het zetten van gerechtelijke stappen en het doen van aangifte, liggen deze cijfers nog veel lager: in België doet slechts 10% aangifte van seksueel misbruik5. Als ze dan al klaar zijn om aangifte te doen, botsen veel slachtoffers op de bewijslast die door hen moet worden aangeleverd6. Op zich is het natuurlijk logisch dat een veroordeling om bewezen feiten vraagt, maar bij seksueel misbruik brengt dit helaas veel praktische problemen met zich mee. Slechts weinig slachtoffers laten immers na de feiten een forensisch sporenonderzoek afnemen. Ook is een al dan niet gegeven toestemming moeilijk te bepalen bij afwezigheid van fysieke tekenen van geweld en zijn er bij dit soort daden meestal ook geen getuigen die de feiten kunnen bevestigen. Indien er onvoldoende bewijzen voorhanden zijn of elementen die eventuele twijfel weg kunnen nemen (dit kan blijken uit het dossier), zegt ons strafrecht dat de zaak in het voordeel van de verdachte beslecht moet worden en zal er dus geen veroordeling volgen… Het is dan ook heel goed te begrijpen dat slachtoffers ook om deze redenen heel lang twijfelen en uiteindelijk vaak beslissen om geen aangifte te doen, om zich zo te beschermen voor een pijnlijk en mogelijks teleurstellend proces.
Tot slot speelt bij het doen van aangifte ook de verjaringstermijn nog mee waar slachtoffers soms tegenaan lopen. Volwassen slachtoffers hebben na het misbruik immers slechts 5 jaar de tijd om hun aangifte in te dienen6. Dit lijkt misschien lang, maar in de praktijk blijkt dit voor velen onder hen toch te kort: omdat ze eerder nog niet klaar waren om er over te praten en/of ze eerst nog een eigen verwerkings- en/of therapeutisch proces nodig hadden om de feiten te kunnen zien voor wat ze waren (cf. ‘het was niet mijn schuld’, ‘het was wél misbruik’). Voor minderjarige slachtoffers geldt er sinds december 2019 gelukkig wel een onverjaarbaarheid van de feiten6,7. Dit betekent dat volwassenen voor feiten die sindsdien gepleegd zijn en indien zij op dat moment nog minderjarig waren ook tientallen jaren later nog steeds aangifte kunnen én mogen doen.

Voor deze tekst werd gebruik gemaakt van de volgende bronnen:

1 Website Be Safe / ² Agnes van Minnen (2018). Verlamd van angst: herstellen na seksueel misbruik. Uitgeverij Boom, Amsterdam / ³ Factsheet Centrum Seksueel Geweld / 4 Syllabus workshop EMDR & seksueel geweld (Iva Bicanic en Ad De Jongh). / 5 Website Punt vzw / 6 Website VS Advocaten. / 7 Artikel De Standaard / 8 Website Alles over Seks / 9 Bicanic I, Engelhard E & Sijbrandt M (2014). Posttraumatische stressstoornis en seksuele problemen na seksueel geweld: prevalentie en behandeling. In: Tijdschrift voor Gedragstherapie (2014), 47-4. / 10 CDC Kaiser ACE study

Zoek je hulp bij de verwerking van seksueel misbruik?
Aarzel dan niet om contact met mij op te nemen voor een afspraak.