Borderline:
I hate you, don’t leave me…

We spreken van een persoonlijkheidsstoornis wanneer het gaat over steeds terugkerende patronen van kenmerkende gevoelens, gedachten en gedragingen die stabiel doorheen de tijd en in verschillende situaties optreden. 

De borderline persoonlijkheidsstoornis is een persoonlijkheidsstoornis uit het zogenaamde B-cluster. Specifiek gaat borderline over een stabiele instabiliteit en dit op vier verschillende terreinen. Weet dat het onderstaande eerder stereotiep beschreven is en dat niet alles in die mate of op die manier van toepassing hoeft te zijn. Zoals vaak bestaat er namelijk ook binnen dit beeld best wat verscheidenheid. Niet iedereen met borderline is dus helemaal hetzelfde.

Het ene moment ben je vrolijk en gelukkig en ziet de toekomst er rooskleurig uit. Het andere moment ben je plots heel kwaad of intens verdrietig en komt het nooit meer goed… Gebeurtenissen lijken jou in het algemeen heel erg te raken en je raakt makkelijk getriggerd door wat mensen doen en zeggen (of juist verzaken). Je emoties gaan snel de hoogte in en koelen ook maar traag af. Mensen verschieten soms van jouw intense reacties en kunnen je hier niet altijd in begrijpen.

Ook jij kan je stemmingswisselingen niet altijd volgen en begrijpt soms niet hoe het komt dat jij jezelf en je emoties niet onder controle kunt houden. De felheid van jouw emoties boezemt ook jou angst in. Het voelt alsof je er in kan verdrinken. Op zo’n momenten kan je soms (niet noodzakelijk) ook dissociëren: het voelt alsof je het contact met jezelf verliest en alles vanop afstand (‘als van onder een stolp’) ervaart.

Ook je zelfbeeld en identiteitsgevoel wisselt van moment tot moment. Eigenlijk weet je helemaal niet goed wie je bent en wat je wilt. Daarom verander je vaak van voorkeuren, meningen, richting en doelen in je leven… In het algemeen voel je je vanbinnen erg leeg. Hoewel je je soms best tevreden met jezelf kunt zijn, denk je op de meeste momenten toch erg negatief over jezelf, tot soms zelfhaat toe.

Vanuit je grote behoefte aan zorg en nabijheid en moeite om alleen te zijn, heb je een sterke relationele nood. Tegelijk heb je ook veel angst voor de kwetsbaarheid die deze (emotionele of fysieke) nabijheid met zich meebrengt. Meer bepaald heb je een enorme angst voor verlating of misbruik en heb je ook de nodige portie wantrouwen. Hierdoor ga je die nabijheid op andere momenten juist vermijden of afstand nemen om niet gekwetst te worden.

Je zit met andere woorden vast in een spagaat van tegengestelde behoeftes en dit leidt tot een typisch patroon van aantrekken en afstoten van je partner. Zo kan je de ene keer bijvoorbeeld erg boos, claimend en/of bepalend zijn, terwijl je de andere keer bijna alles zou doen of toelaten om hem/haar maar niet te verliezen. Ook kan het zijn dat -bijvoorbeeld wanneer je partner boos op je is en je verlatingsangst hierdoor getriggerd wordt- je uit paniek juist zelf gaat dreigen met een relatiebreuk of misschien zelfs met suïcide. Dit gebeurt meestal in de hoop (onbewust) om zo terug bevestiging, zorg en nabijheid uit te lokken. Ook het jezelf (extra) naar beneden halen als je partner boos op je is, kan in dit kader begrepen worden. Anderzijds kan je als het spannend wordt ook gewoon echt de relatie plotsklaps opblazen, om zo niet meer verlaten of gekwetst te kunnen worden. Tot slot, ook hoe je de ander ziet kan erg wisselen. Zo is je partner het ene moment ideaal en perfect voor je, terwijl je hem/haar op het andere moment helemaal afschrijft. Dit devalueren gebeurt vaak op de momenten dat je je onveilig voelt en heeft (onbewust) het inbouwen van emotionele afstand als doel om zo een eventuele breuk te verzachten.

Dit relationele proces kan trouwens breder dan enkel in liefdesrelaties gezien worden en speelt ook op in vriendschappen en zelfs in therapeutische relaties. Vriendschappen en liefdesrelaties zijn om deze processen vaak (doch niet altijd) kort en turbulent.

Borderline gaat vaak gepaard met impulsiviteit en dat zien we dan weer terug in gedrag. Vaak gaat het hier om zogenaamd copinggedrag: gedrag dat ‘in the heat of the moment’ getriggerd wordt door bepaalde gebeurtenissen of gevoelens en een bepaalde functie heeft (bijv. als uitlaatklep, afleiding, kalmering, om zorg te verkrijgen, …). Veel voorkomende voorbeelden zijn impulsief en/of overmatig alcohol- en drugsgebruik, eetbuien, zelfverwonding, suïcidepogingen, onveilige seksuele contacten of onveilig rijgedrag… Ook op gebied van agressie kunnen er problemen zijn.

Al deze processen en wisselingen zijn vaak zowel voor jezelf als voor de ander erg verwarrend en vermoeiend. Je gedrag, gedachten en emoties die je hebt wanneer je getriggerd bent, staan vaak in schril contrast met je gedrag, gedachten en emoties wanneer je je goed en veilig voelt. Dan ben je namelijk erg zorgzaam, speels en vrolijk. De borderline persoonlijkheidsproblematiek is dan ook zowel voor de persoon zelf als voor de omgeving erg zwaar en zorgt voor veel lijdensdruk. 

Meestal is de problematiek het gevolg van een emotioneel gevoeliger temperament in combinatie met een invaliderende omgeving die onvoldoende tegemoet kwam aan de basisbehoeften van het kind. Je wordt er dus niet mee geboren. Vaak is er sprake van een onveilige, chaotische, weinig liefdevolle en/of zeer straffende thuisomgeving. Ook seksueel misbruik of het verlies van belangrijke hechtingspersonen komt relatief vaker voor bij mensen met een borderline persoonlijkheidsstoornis. Hierdoor heb je vooral negatieve overtuigingen over jezelf, de anderen of de wereld gekregen en die blijven je vandaag parten spelen, zoals beschreven in de bovenstaande patronen.

In mijn praktijk gebruik ik de schematherapie om deze problematiek te behandelen. Deze behandelvorm werd hier specifiek voor ontwikkeld door Dr. Jeffrey Young (USA) en heeft goede behandelresultaten. Waar nodig voeg ik bijkomend ook EMDR in voor het verwerken van traumatische gebeurtenissen. Klik op de links indien je meer informatie over deze therapievormen wilt.

Om een ambulante behandeling te kunnen doen slagen, is het echter wel belangrijk dat de suïcidaliteit en ander schadelijk of therapie-ondermijnend gedrag onder controle gehouden kan worden. Indien dit niet het geval is, kan een tijdelijke opname of verwijzing naar een andere therapievorm (bijvoorbeeld dialectische gedragstherapie oftewel DGT) eerst noodzakelijk zijn. Speelt dit plots op tijdens een lopend behandeltraject, dan proberen we het altijd eerst samen aan te pakken binnen de grenzen van het mogelijke.

Herken je jezelf, je partner of je kind (+16) in deze problematie en zoek je hulp? Aarzel dan niet om contact met mij op te nemen voor een afspraak.